woensdag 5 januari 2011

Bazen, pispotten en dope


Taalvervuiling. De Nederlandse taal dreigt ten onder te gaan. Of op zijn minst te verengelsen. Maar hoe Nederlands zijn onze woorden eigenlijk? Jaren geleden kocht ik het boek ‘Koffie, kaffer en katoen’. Een heerlijk boek vol Nederlandse woorden die we gejat hebben van de Arabische taal. Leenwoorden heten ze officieel. Omdat ze niet van onszelf zijn. Gek eigenlijk want lenen verondersteld dat je het op den duur ook weer teruggeeft. En dat je dan zelf niets meer hebt. Maar wat moeten we zonder suiker, soda, koffie, tarieven en vooral caravans? En een leven zonder gitaren, fanfares, elixers en alcohol lijkt onmogelijk. Alleen de razzia, die mag terug.

Lenen we dan alleen maar? Nee, we geven ook woorden aan andere landen. Dat is onderzocht en het meest geleende woord uit de Nederlandse taal is ‘baas’. Zouden we zo'n bazig volkje zijn? Best irritant. Aan de andere kant, ons woord ‘geluk’ wordt ook heel vaak geleend. En pispot. In het Indonesisch kreeg dit een nieuwe betekenis, namelijk olie verversen. Even pispotten bij de garage dus.

Soms krijgen we woorden weer terug. Zoals ‘dope’. De Amerikanen namen dit woord lang geleden over. Het ging toen nog over een sausje om aardappels in te dopen. Later werd het een dik mengsel en nog weer later een verdovend middel. En toen kregen we het weer terug. Enigszins vervuild, dat wel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten